Deense gebakjes en appeltaarten zijn meestal zoet. Door een aantal blokjes zoute kaas toe te voegen, zorg je voor een heerlijk contrast.
Serveer warm bij het ontbijt. Heb je bladerdeeg over? Dat kun je gebruiken om pizzataartjes mee te maken.
Deense gebakjes en croissants worden meestal gemaakt met gelaagd gistdeeg, dat je thuis kunt maken. Je kunt ook voor de snelle manier kiezen, zoals ik, en kant-en-klaar bladerdeeg gebruiken. Kant-en-klaar bladerdeeg vind je in de vriezer in de supermarkt. Koop het beste dat je kunt vinden, idealiter bladerdeeg met echte boter.
Instructies:Verwarm de oven voor op 190 °C/gasoven op stand 5. Gebruik 4 plakjes. Leg de andere plakjes bladerdeeg terug in de vriezer. Je kunt er natuurlijk ook voor kiezen om ze allemaal te gebruiken. Kerf met een mespunt een kleiner vierkant op elke plak bladerdeeg, ongeveer ½ cm van de rand. Leg de stukjes bladerdeeg op een bakplaat met bakpapier. Verwijder het klokhuis uit de appels en snijd elke appel in ongeveer 12 partjes. Smelt de boter in een koekenpan en bak elke kant van de appelpartjes gedurende ongeveer 5 minuten tot ze goudbruin zijn.
Verdeel de appelpartjes over de stukjes bladerdeeg en bestrooi ze met de pijnboompitten, gesneden abrikozen en Apetina-blokjes. Besprenkel ze met de ahornsiroop of de honing. Bak ze volgens de instructies op de verpakking van het bladerdeeg (doorgaans ongeveer 20 - 25 minuten) tot het bladerdeeg is gerezen en goudbruin is. Haal de gebakjes uit de oven en laat ze enkele minuten staan. Laat ze vervolgens op een rek afkoelen.